Beste leden van De Ster en Haslou,
Via deze nieuwsbrief willen wij jullie op de hoogte brengen van gesprekken die momenteel plaatsvinden tussen werkgroepen van beide verenigingen. Onderwerp is een toekomstige samenwerking op het gebied van de jeugdafdelingen. Omdat de besturen van beide verenigingen het belangrijk vinden dat er een breed draagvlak is voor deze samenwerking, willen we hier zo transparant mogelijk over communiceren. Deze nieuwsbrief is een uitvloeisel van die wens om transparant te zijn.
De intentie van beide verenigingen is uitermate serieus. Na het voeren van eerste verkennende gesprekken heeft het onderwerp dit jaar immers ook al op de agenda gestaan in de algemene ledenvergaderingen van beide verenigingen. Beide verenigingen hechten er echter ook aan om op te merken dat er nog geen definitieve beslissingen genomen zijn. Inspraak en ideeën van leden zullen in de loop van het (onderzoeks)proces worden opgehaald en meegenomen in de uiteindelijke besluitvorming.
1. Aanleiding voor wens tot samenwerking
De gedachte om binnen de gemeentegrenzen te gaan samenwerken is voor voetbalverenigingen niets nieuws. In tal van gemeenten vindt een consolidatieslag plaats. Verenigingen verdwijnen, gaan samenwerken of fuseren. In vele gevallen is dit het gevolg van noodzaak of van druk vanuit de gemeente. In het geval van Haslou en De Ster is hiervan geen sprake. Beide verenigingen kennen een gezonde basis voor een mooie toekomst.
Waarom dan toch een samenwerking van de jeugdafdelingen?
Het antwoord op die vraag is relatief simpel: beide verenigingen streven na om hun jeugdleden zoveel mogelijk spelplezier en ontwikkelmogelijkheden te bieden. In de bestaande situatie wordt dat steeds lastiger.
Immers, voor beide verenigingen blijkt het steeds lastiger te worden om voltallige teams samen te stellen. Dit probleem speelt met name in de bovenbouw, zodra wedstrijden in 11 tegen 11 op een groot veld worden afgewerkt. Jaarlijks zien beide verenigingen zich genoodzaakt om noodgrepen toe te passen om in elke leeftijdscategorie één team op de been te brengen. Spelers moeten vroegtijdig worden doorgeschoven of juist dispensatie krijgen om teams te completeren. Teams bestaan daardoor uit spelers van verschillende leeftijden, verschillende vaardigheden en verschillende ambities. Met als resultaat dat “in het groter belang” nog maar weinig spelers op hun eigen leeftijds-, vaardigheids- en ambitie-niveau worden uitgedaagd. Ook zien we bij beide verenigingen problemen met hetzij té veel spelers in een team, hetzij té weinig spelers in een team. Hierdoor worden geregeld wedstrijden afgelast (bij te krappe selecties) of krijgen spelers te weinig speelminuten (bij te grote selecties)
Op het moment dat de jeugdspelers van beide verenigingen gebundeld worden, kunnen er in elke leeftijdscategorie twee of drie teams worden geformeerd van een prettig aantal spelers. Dit maakt het bovendien mogelijk om iedere individuele speler op zijn eigen vaardigheids- en ambitie-niveau te laten voetballen. Beide verenigingen zijn ervan overtuigd dat dit het voetbalplezier en daarmee ook de voetbalontwikkeling van kinderen ten goede komt.
2. Huidige stand van zaken
Gelet op de beschreven ontwikkelingen hebben Haslou en De Ster elkaar opgezocht voor verkennende gesprekken over samenwerking bij de jeugd. De besturen, technische commissies en jeugdcommissies van beide verenigingen zijn hierbij betrokken c.q. hierover geïnformeerd. Ook is het onderwerp tijdens de algemene ledenvergaderingen van beider verenigingen al besproken.
Er is inmiddels een werkgroep geformeerd bestaande uit Jan Verboort, Roger Peerenbooms en Dennis Peerbooms van Haslou, en Souad Hoofwijk, Ralph Hensgens en Rob Schulpen van De Ster.
Bij de gesprekken worden zij sinds kort ondersteund door een projectbegeleider van NOC NSF Har Perebooms, die de totstandkoming van samenwerkingen bij diverse verenigingen heeft begeleid.
De werkgroep heeft gesprekken gevoerd over tal van onderwerpen die samenhangen met een samenwerking. Daarbij zijn praktische aandachtspunten (beschikbaarheid accommodaties, materialen, tenues, wedstrijdsecretariaat), financiële aandachtspunten (contributies, verdeling kosten), voetbaltechnische aandachtspunten (teamsamenstelling, selectie, trainers) en vele andere zaken besproken. Conclusie is dat er op alle onderwerpen een positieve grondhouding is bij beide verenigingen. In het belang van het gezamenlijke doel: het bevorderen van het spelplezier en de ontwikkelmogelijkheden van onze jeugdspelers.
3. Hoe nu verder?
Uiteraard is het niet enkel aan de werkgroep-leden of de besturen van De Ster en Haslou om een dergelijke ingrijpende beslissing te nemen. Een breed draagvlak is hiervoor wenselijk. Bovendien zijn wij ervan overtuigd dat er bij beide verenigingen voldoende leden en ouders van jeugdleden goede ideeën hebben over de invulling van de samenwerking. Deze ideeën gaan wij de komende periode ophalen. Op 29 december zal er bijvoorbeeld al een bijeenkomst worden georganiseerd rondom dit thema. Nadere informatie hierover volgt nog.
Laten we er ook op beide complexen open over praten en discussiëren met elkaar. Langs de lijn, en in de kantine, nuchter of met een paar pilsjes van Bart of Jo achter de kiezen. Van ideeën uitwisselen worden we alleen maar beter. En voor vragen kunnen jullie altijd bij één van de werkgroep-leden terecht.
De Ster en Haslou, samen op naar een nóg mooier en nóg beter aanbod voor onze jeugdleden!
Met sportieve groet,
Souad Hoofwijk
Rob Schulpen
Ralph Hensgens
Dennis Peerbooms
Jan Verboort
Roger Peerenbooms